snakken naar (v) (genegenheid) | längta efter (v) (genegenheid) |
snakken naar (v) (algemeen) | vilja (v) (algemeen) |
snakken naar (v) (genegenheid) | hungra efter (v) (genegenheid) |
snakken naar (v) (algemeen) | önska (v) (algemeen) |
snakken naar (v) (smachten naar) | längta efter (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (smachten naar) | trakta efter (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (algemeen) | åtrå (v) (algemeen) |
snakken naar (v) (algemeen) | vara sugen på (v) (algemeen) |
snakken naar (v) (smachten naar) | vilja (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (algemeen) | trängta efter (v) (algemeen) |
snakken naar (v) (algemeen) | längta efter (v) (algemeen) |
snakken naar (v) (smachten naar) | önska (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (smachten naar) | trängta efter (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (smachten naar) | åtrå (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (smachten naar) | vara sugen på (v) (smachten naar) |
snakken naar (v) (algemeen) | trakta efter (v) (algemeen) |